Vandaag zijn de verkiezingen voor de medezeggenschap aan de Universiteit Utrecht gestart. Studenten en medewerkers kunnen tot en met donderdag 8 april stemmen voor zowel de universiteitsraad als voor de faculteitsraad. Dat wil zeggen, in die faculteiten waar er meer kandidaten dan plekken zijn. Helaas is dat in verschillende faculteiten en ook bij de dienstraden niet het geval. Zo zijn er raden waar we nu al weten dat er de komende twee jaar lege plekken zullen zijn. Bij bèta was dat de reden om de verkiezingen uit te stellen, in de hoop dat zich alsnog kandidaten gaan melden.
Het is speculeren waarom het zo lastig is mensen te vinden die in de medezeggenschap willen. Bovendien had het probleem groter kunnen zijn wanneer een aantal oudgedienden, die eigenlijk hun plek graag hadden willen overdragen aan een nieuwe generatie, zich niet alsnog had laten overhalen er twee jaar aan vast te plakken. Op sommige plekken hoor ik ook wel dat leidinggevenden medewerkers, zacht uitgedrukt, bepaald niet stimuleren om zich kandidaat te stellen. Of dat het amper lukt om goede vervanging te krijgen voor je andere taken, zodat velen medezeggenschap min of meer in de vrije tijd moeten doen.
Natuurlijk is er meer te doen om het belang van medezeggenschap zichtbaarder te maken. Natuurlijk is er meer te doen om deelname aan de medezeggenschap aantrekkelijker te maken. Natuurlijk is er meer te doen aan erkenning en waardering van medezeggenschap. Maar net zoals maar een klein deel van de Nederlanders lid is van een politieke partij en een nog veel kleiner deel zich kandidaat stelt voor een vertegenwoordigende functie, zo lijkt het me ook goed te erkennen dat medezeggenschap maar de ‘cup of tea’ is voor een beperkt groep studenten en medewerkers.
Dat betekent volgens mij aan de ene kant dat iedereen die daar iets in kan betekenen nut en noodzaak van goede, kritische en actieve medezeggenschap moet uitdragen. De gekozen raadsleden zullen daarbij een hoge verkiezingsopkomst als een stevige duw in de rug ervaren, dus ga allemaal stemmen! Aan de andere betekent het ook dat in het verbeteren en democratischer maken van de besluitvorming in de universiteit “meer verkiezingen” niet de enige oplossing kan zijn. Het is niet voor niets dat David van Reybrouck, één van de toonaangevende denkers over democratische vernieuwing, zijn boek de titel Tegen verkiezingen meegaf. Er zijn volop creatievere, intelligentere en inhoudelijkere alternatieven beschikbaar. Het mooie is bovendien dat die de medezeggenschap kunnen versterken en effectiever maken. Ik zou bijna zeggen: win-win.