Afgelopen maandag bespraken we in de Staten de begroting 2009. Ik hield er een wat dubbel gevoel aan over. Aan de ene kant ben ik erg content met onze voorstellen die zijn aangenomen. Extra geld voor natuur, in de vorm van meer subsidie voor Landschap Noord-Holland en een bijdrage aan het ecoduct Zandvoort. De oprichting van een kenniscentrum duurzaam bouwen en startkapitaal voor het fonds voor pleegouders. Voor al die voorstellen was brede steun in de Staten en zij maken onze begroting groener en linkser. Tot zover tevredenheid, blijheid en niks aan de hand.
Maar het was wel een erg langdradige bijeenkomst, waarvan ik me niet kan voorstellen dat die voor de publieke tribune en pers erg interessant was. De stemmingen over de amendementen verliep bovendien rommelig: als het voor ons al nauwelijks te volgen was, hoe moet dat dan voor de toeschouwers zijn geweest? De hoeveelheid amendementen was wat mij betreft ook overdadig. Zelf ben ik met vijf stuks bescheiden geweest, maar tegelijk heb ik wel meegewerkt met een grote lading van met name VVD en PvdA. Dat moet de volgende keer echt anders.
Het zou mijn voorkeur hebben de behandeling in de commissies wat minder technisch en wat meer politiek te maken. Amendementen en moties zouden daar ook al aangekondigd kunnen worden, waarmee je ook de toevalligheid en willekeur van ideeën die op het laatste moment opkomen, tegengaat. Elke partij zou zich moeten voornemen ten hoogste vijf amendementen op écht belangrijke punten in te brengen. Niet meer dat gerommel met allemaal kleine onderwerpen, die op zich niet verkeerd zijn, maar wel ver van de hoofdlijnen afdwalen.
Mijn naïeve hoop is dat daarmee het debat over de begroting in tweede termijn (de eerste behandeling is al in september) scherper, meer to-the-point en bovenal korter en leuker wordt. Wie kan daar nu tegen zijn?
Ik ben het met je eens dat het een voor publiek en pers weinig aantrekkelijke bijeenkomst was. Mochten er nog wat inwoners via internet hebben meegeluisterd of gekeken, dan hebben ze weer eens kunnen ervaren hoe schaamteloos het er de provinciale politiek (zo nu en dan) aan toe gaat. Tegen zulke free publicity voor Noord-Holland kan geen enkele peperdure reclamecampagne van meneer Hooijmaijers op (à la “U moet weten waarvoor u betaalt”).
Een suggestie voor volgend jaar. Laten we de methode volgen die in de Amsterdamse gemeenteraad wordt gehanteerd. Daar worden alleen moties en amendementen die zijn ingediend voor of uiterlijk in de commissievergadering, door het college voorzien van een schriftelijk en serieus pre-advies. Op deze manier voorkom je voor een groot deel allerlei op het laatste moment “uit de lucht komen vallen” moties en amendementen en een mondeling advies van collegeleden dat niet zelden diepgravender is dan de zin “ik ontraad deze motie”.
Volgens mij is dat een goede suggestie en het sluit ook mooi aan bij het verplaatsen van het zwaartepunt naar de commissies.