Proeven aan de provincie IV: Amsterdam

Dat het provinciehuis in Haarlem staat, de hoofdstad van Noord-Holland, durf ik zomaar als bekend te veronderstellen. Ik zou hele verhalen kunnen schrijven over de moeizame verhouding tussen deze gemeente en de provincie, maar wilde het nu hebben over de al even ingewikkelde relatie met de nationale hoofdstad: Amsterdam.

Ik heb mij laten vertellen dat het in het verleden nog erger is geweest, maar ook nu zie ik nog vaak dat Amsterdam en de provincie met de rug naar elkaar staan. Naastgelegen gemeenten klagen dat Amsterdam het zoet voor zichzelf houdt en het zuur over de schutting gooit. Eerlijk gezegd kan Amsterdam best zonder de provincie. De begroting van de stad is immers al iets van tien keer zo groot als die van de provincie. Amsterdam heeft de nodige bevoegdheden in de ruimtelijke ordening en verkeer en vervoer, waarbij de provincie vaak het nakijken heeft. Met vroeger Cohen en nu Van der Laan heeft Amsterdam uitstekende connecties in Den Haag, om rechtstreeks een hoop voor elkaar te krijgen.

Er is een sterk sentiment in Provinciale Staten, zeker bij die partijen die vooral hun aanhang buiten de steden hebben, dat Amsterdam veel te veel te zeggen heeft, arrogant en eigenwijs is. De provincie komt alleen in beeld als Amsterdam wat extra geld kan gebruiken of wanneer men de buurgemeenten nodig heeft. Maar ook binnen GroenLinks kom ik dit regelmatig tegen als ik Hoorn of Alkmaar ben (om twee voorbeelden te noemen): altijd weer die Amsterdammers. Na bijna acht jaar word ik geloof ik wel als volbloed provinciaal gezien, maar een aantal van mijn opvolgers zal dit ongetwijfeld gaan merken. Het merkwaardige is dat tegelijk veruit het grootste deel van de Noord-Hollandse leden in Amsterdam woont en we de stad electoraal heel hard nodig hebben.

Een ander probleem zit bij de Stadsregio Amsterdam (SRA, vroeger het ROA). Hoe effectief en slagvaardig deze Wgr+ regio is, daar valt nog een flinke boom over op te zetten, maar het democratisch tekort is voor iedereen wel duidelijk. Deze mini-provincie in de provincie levert de nodige afstemmingsproblemen en grensconflicten op. Het afschaffen van dit soort rare constructies is één van de weinige onderdelen van het regeerakkoord waar ik me wel in kan vinden.

Aan de andere kant is de SRA wellicht een teken dat we het in Noord-Holland nog redelijk goed hebben getroffen. Zuid-Holland heeft met Haaglanden en Rijnmond te maken met Den Haag en Rotterdam als grote steden, van de provincie Utrecht blijft buiten de stad Utrecht en de BRU niet zoveel over. Bovendien merk ik dat de weerstand tegen Amsterdam begint af te nemen: een paar jaar geleden was het ondenkbaar dat de Noordvleugel omgedoopt zou worden in Metropoolregio Amsterdam, nu wordt dat als sterk nationaal en internationaal merk gezien. En is het ook niet typisch GroenLinks over grenzen heen te denken?