Woensdag op stap met de commissie Economie, Landbouw en Europa in de Wieringermeer. Met de auto gekomen deze keer, omdat de locatie zo goed als onbereikbaar is met OV. Opvallend dat er naast een bescheiden aantal Statenleden vooral veel raadsleden uit de Wieringermeer waren en het voltallige college van B&W.
Ontvangst met koffie en broodjes bij het kennis- en testcentrum voor windenergie. Oorspronkelijk onderdeel van de TU Delft, maar nu min of meer verzelfstandigd in samenwerking met ECN Petten. Hier worden de nieuwste grote (groter, grootst) windmolens getest onder hevige omstandigheden, met zeer geavanceerde apparatuur. In zo’n testperiode maken ze in korte tijd mee wat anders in 20 jaar op het land zou gebeuren: je moet er maar tegen kunnen als windmolen.
Van de windmolens ging het door naar jachtwerf Jongert waar we een uitgebreide rondleiding kregen door het bedrijf, zodat je alle fases ziet van het maken van deze prachtige, sommige ook zeer luxe, schepen. Vrijwle het hele proces wordt op de werf gedaan, dus ook het bouwen van de vertrekken inclusief water en electra. Klanten over de hele wereld, vooral daar waar het grote geld zit (oliesjeiks).
De middag werd afgesloten op de Agriport A7. Nu nog vooral een grote lege hal, maar binnenkort gaat hier een hele logistieke onderneming van start. Aan de ene kant komen de landbouwwagens aan om de sla, bloemkool en asperges af te leveren en aan de andere kant gaat het in de vrachtwagens die de groentes naar de supermarkten brengen. In de toekomst zullen zich hier glastuinbouwbedrijven gaan vestigen die op een vergelijkbare manier hun producten aan- en doorleveren.
Wat ik leuk vind aan dit soort bezoeken is dat je op plekken komt waar je niet zomaar even naar toe zou gaan (of zelfs zou mogen gaan). In korte tijd een hoop informatie van mensen die erg enthousiast zijn over het werk dat ze doen en het produkt dat ze leveren. Absoluut één van de leukere kanten van het Statenlidmaatschap.