De film Walk the Line heb ik niet gezien en tot een jaar geleden had ik nauwelijks een beeld bij Johnny Cash. Inmiddels heb ik The Essential Johnny Cash aangeschaft (je moet ergens beginnen) en komt elke dag wel een van zijn songs voorbij. Johnny Cash riep toch vooral associaties op van drugsmisbruik en andere vormen van verslaving en een leven dat niet bepaald eenvoudig is geweest, inclusief een gestrand huwelijk. Country music is ook niet meteen mijn favoriete genre.
Het eerste nummer dat ik van Cash hoorde was dan ook niet één van zijn grote hits, zoals Walk the Line of Ring of Fire, maar het ingetogen I still miss someone, gevolgd door It ain’t me babe (een Bob Dylan cover). Echt overtuigd Cash-liefhebber raakte ik door het rauw, wonderlijke en ironische A boy named Sue:
Deze opname komt uit de gevangenis St. Quentin, waar Cash diverse keren optrad. In de jaren ”60 deed Cash vaker dit soort optredens, wat uiteindelijk resulteerde in het album At Folsom Prison. Het beïnvloedde ook zijn houding tegenover het gevangeniswezen en de manier van straffen in de VS en Cash ontpopte zich als voorvechter van de rechten van gevangenen. Ook het onrecht dat de Indianen als native Americans was aangedaan, verwerkte hij al in 1964 in de Ballad of Ira Hayes.
Terwijl hij de wereld en het gevoel van country trouw bleef, vaak verbonden met rechts en conservatief Amerika, wist Cash een heel eigen stijl en onafhankelijke positie te ontwikkelen. Hij werd uitgenodigd door presidenten van zowel Democratische als Republikeinse signatuur en was zowel populair bij studenten en de linkse elite, als bij de meer traditionele countryfans. Veelzeggend was de controverse rondom de steun die hij zou hebben gegeven (als hij nog had geleefd) aan John McCain. Dochter Rosanne Cash reageerde verontwaardigd: "It is unfair and presumptuous to use
him to bolster any platform. I would ask that my father not be co-opted in this election for either side since he is clearly
not here to defend or state his own allegiance."
We laten dus Johnny Cash zelf weer aan het woord, wiens duidelijkste politieke statement te horen is in Man in Black. Dit statement steunde en cultiveerde hij door inderdaad bij vrijwel alle optredens in zwart gekleed te gaan, afwijkend van de doorsnee kleding van de country zanger.
I wear the black for the poor and the beaten down,
Livin’ in the hopeless, hungry side of town,
I wear it for the prisoner who has long paid for his crime,
But is there because he’s a victim of the times.(…)
And, I wear it for the thousands who have died,
Believin’ that the Lord was on their side,
And I wear it for another hundred thousand who have died,
Believin’ that we all were on their side.
Dit is een opname ‘on campus’ van een universiteit waar Cash op bezoek was en waar hij kort daarvoor ook deze tekst geschreven had. Prachtige close-ups ook van (met name) de dames in het publiek: