Het is dat ik een overtuigd democraat ben, maar het kost mij de nodige moeite gemotiveerd te raken voor de Waterschapsverkiezingen. Ik had het de vorige keer al, maar het geldt des te sterker nu deze verkiezingen ook nog eens zijn gekaapt door politieke partijen. Volgens mij hebben partijen namelijk niks te zoeken in dit functionele bestuur. Ben ik even blij dat mijn eigen partij (net als D66) heeft afgezien van deelname.
Wie naar de posities in het Kieskompas kijkt, ziet precies wat ik bedoel. De makers hebben een moedige poging gedaan nog iets van tegenstellingen te ontdekken, via de assen breed vs. smal takenpakket en ecologie vs. economie. Gelukkig voor hen doen de PvdD en de VVD allebei mee, want voor de rest klonteren alle partijen in het midden van het midden samen. Althans, in de drie waterschappen die in Noord-Holland vertegenwoordigd zijn. Maar het lijkt me sterk dat het elders heel veel anders zou zijn.
Toch maar braaf ingevuld en ik kom ergens tussen de PvdA en de PvdD uit. Ondanks dit advies ga ik toch Water Natuurlijk stemmen (die zijn zo onverstandig geweest te vaak ‘neutraal’ in te vullen en dat is hét recept voor onzichtbaarheid). Want over de belangrijkste stelling zijn we het van harte eens: Landelijke politieke partijen moeten zich niet met de waterschappen bemoeien. Zo is het maar net.
Reken maar dat Water Natuurlijk de meest groene partij is. Dat dat in het Kieskompas niet uit de verf komt is omdat we geen schreeuwers willen zijn – hoe wil je bijv. betegelde tuinen verbieden? – en onze groene bestuurders al jarenlang met hun voeten in de praktijk staan.