Elfstedentocht

Buiten zie ik iets naar beneden vallen dat in een verre verte aan sneeuw doet denken. Sloten en kanalen vriezen langzaam dicht en de eerste schaatsers zijn al in een wak gereden. Het is winter!

En dan gaat het toch weer kriebelen: sil it heve? Alweer elf jaar geleden immers… Bovendien voor mij onlosmakelijk verbonden met het Elfstedenlied van Herman Finkers:

Steeds weer als er vorst is

Denkt de Fries: vorst


En controleert het water


Op de dikte van de korst


Koorts in elf steden


Kan de tocht gereden?


Het antwoord komt vanzelf


Van de raad van elf

De Elfstedentocht, zo verknocht aan Beerenburg, Beerenburg


Opa Nauta heeft


De tocht ooit eens gemaakt


In alleen een onderbroek


En verder poedelnaakt


Ben speciaal vertrokken, kleumde hij


Want ik ben al oud


In een lange onderbroek en


Nog heb ik het koud

De Elfstedentocht, in de bocht met Beerenburg, Beerenburg


Tjibbe, Sjoerd en Wibbe


Die zouden het wel rooien


Tjibbe, Sjoerd en Wibbe


Die zaten mooi te klooien


Zijn in een wak gereden


Volledig overleden


Zo heb je ’t over Friezen


Zo heb je ’t over dooien

De Elfstedentocht, in de bocht met Beerenburg, Beerenburg


Over dooi gesproken:


In Wereldoorlog II


Werd hij vaak verreden


Het weer zat vrees’lijk mee


Een koude oorlog, dat is waar


Drie schaatsers vroren dood


Was toen niet zo’n bezwaar


Het ging van de grote hoop


De Elfstedentocht, o wat bocht is Beerenburg