Politicologie en valse bescheidenheid

Een kleine drie weken geleden was ik bij de viering van het 60-jarig jubileum van de NKWP, waarbij aan de Leidse emeritus hoogleraar Hans Daalder het erelidmaatschap werd toegekend. Nou heb ik in de eerste zin al een afkorting die weinig mensen iets zal zeggen en dat voor een vereniging die deze respectabele leeftijd heeft. Het gaat hier om de Nederlandse Kring voor de Wetenschap der Politiek, de beroepsvereniging van politicologen.

Misschien is deze onbekendheid wel symbolisch voor de wat te bescheiden rol van politicologen in het publieke en politieke debat. Ik moest daaraan denken toen ik een week later een workshop mocht geven op het PiP congres voor politicologie studenten. Voor veel van de aanwezigen bleek het moeilijk aan te geven wat precies de toegevoegde waarde is van politicologie vergeleken met bijvoorbeeld bestuurskunde, economie of geschiedenis. Het vooroordeel over politicologen is (nog steeds) dat zij van veel iets weten, maar nergens écht verstand van hebben. Net als voetbal is politiek bovendien een onderwerp waarvan vrijwel iedereen denkt verstand te hebben. We zijn er in dat opzicht onvoldoende in geslaagd ons "professionele domein" af te bakenen en te beschermen. Wat biedt de politicoloog extra in zijn analyse en beschouwingen?

Tegelijk merk ik dat politicologen populair zijn op de arbeidsmarkt en zij in zeer uiteenlopende sectoren werk vinden, variërend van grote verzekeringsmaatschappijen tot de Tweede Kamer. Als geen ander snapt de politicoloog hoe delicaat machtsverhoudingen zijn, welke oprechte en strategische motieven in besluitvorming een rol spelen en hoe wat "objectief" de beste oplossing is het toch vaak niet redt. Bovendien leert de nieuwe generatie politicologen dit bij uitstek in een Europese en internationale context te plaatsen.

Wie op tv discussies over politiek ziet, zal opvallend vaak (ex-)politici tegenkomen en zelfbenoemde opiniemakers voor wie het geen kwaad zou kunnen kennis te nemen van politicologische inzichten. Anderzijds moeten politicologen zelf hun valse bescheidenheid van zich afgooien en zich actiever en prominenter in het debat mengen. Want we hebben echt wel wat te melden!

Overigens ben ik mening dat de Eerste Kamer behouden dient te blijven

Eén antwoord op “Politicologie en valse bescheidenheid”

Reacties zijn gesloten.