Political song I: Randy Newman – Political Science (1972)

Wij hadden thuis twee platen van Randy Newman. Toen ik een jaar of 11,12 was, heb ik die grijsgedraaid. Op Randy Newman Live was ‘My Old Kentucky Home’ favoriet, eerlijk gezegd meer vanwege de muziek en de sfeer dan dat ik toen de spot en ironie over het o zo goede leven al doorhad:

Oh, the sun shines bright on my old Kentucky home
And the young folks roll on the floor
Oh, the sun shines bright on my old Kentucky home
Keep them hard times away  from my door.

De andere plaat was Sail Away, waarvan ik me vooral ‘Lonely at the Top’ herinner, ‘Last Night I had a Dream’ en – al was het alleen om de titel – ‘Simon Smith and the Amazing Dancing Bear’. Het briljante ‘God’s Song’ staat ook op deze plaat, maar de waardering hiervoor had eveneens nog wat tijd en rijpheid nodig:

I burn down your cities / how blind you must be
I take from you your children / and you say how blessed are we
You must all be crazy / to put your faith in me
That’s why I love mankind

De merkwaardigste hernieuwde kennismaking had ik echter zo’n 12 jaar geleden als eerstejaars politicologie. Bij toeval stuitte ik op ‘Political Science’ en meende oprecht een nieuwe song van Randy Newman te hebben ontdekt. Maar het bleek niets meer of minder dan het al vele malen beluisterde begin van de B-kant van Sail Away. Op een of andere manier had ik de link nooit gelegd tussen ‘Drop the Big One’ en de politieke wetenschap. Bij dezen dan, om het allemaal goed te maken, zowel in oude als nieuwe versie:

 


Ruben Darío

Om toch nog het vakantiegevoel een beetje vast te houden en als klein eerbetoon aan de grootste dichter van Nicaragua:

Nocturno

Los que auscultasteis el corazón de la noche,

los que por el insomnio tenaz habéis oído
el cerrar de una puerta, el resonar de un coche
lejano, un eco vago, un ligero rüido…

En los instantes del silencio misteriosos,
cuando surgen de su prisión los olvidados,

en la hora de los muertos, en la hora del reposo,
sabréis leer estos versos de amargor impregnados…

Como en un vaso vierto en ellos mis dolores
de lejanos recuerdos y desgracias funestas,

y las tristes nostalgias de mi alma, ebria de flores,
y el duelo de mi corazón, triste de fiestas.

Y el pesar de no ser lo que yo hubiera sido,
y la pérdida del reino que estaba para mí,

el pensar que un instante pude no haber nacido,
¡y el sueño que es mi vida desde que yo nací!

Todo esto viene en medio del silencio profundo
en que la noche envuelve la terrena ilusión,

y siento como un eco del corazón del mundo
que penetra y conmueve mi propio corazón.


De kramp van links

Vanavond kreeg ik een mailtje doorgestuurd met het verzoek om een online petitie te ondertekenen. Tegen Geert Wilders en zijn Partij voor de Vrijheid. Door mijn naam en woonplaats in te vullen, zou ik bevestigen dat ik "kleur beken" en mij uitspreek "tegen de intolerante en discriminerende standpunten van de PVV".

Ik ga niet tekenen.

Vooropgesteld: ik twijfel niet aan de goede bedoelingen van de initiatiefnemers. Maar ik heb geen zin mijn naam te zetten onder de zoveelste voorspelbare, krachteloze oproep die niet meer zegt dan ‘foei foei foei Geert!’ Die laat zien dat we lekker als linkse, politiek correcte types onder elkaar hard roepen hoe erg wij racisme vinden en hoe erg de vijand uit Venlo is. Ik voel er niet voor om bij te dragen aan de nutteloosheid van het preken voor eigen parochie.

Als we op deze manier met Wilders en PVV blijven omgaan, zal het nooit wat worden. Zeker wanneer de schijnbaar onvermijdelijke verwijzingen naar de Tweede Wereldoorlog en Hitler om de hoek komen kijken. Ella Vogelaar vergeleek de opkomst van Wilders met het nationaal-socialisme. Dichterbij huis zei Tjeerd Talsma, mijn PvdA-collega in de Staten, dat als de discriminatie van jongeren met ‘zeg maar een multiculturele achtergrond’ doorgaat, ‘een Kristallnacht niet zo erg ver weg is’.

De andere reactie van links is overigens net zo tenenkrommend: Wilders wordt bijkans doodgeknuffeld. Ja, zijn oplossingen zijn misschien wat radicaal of onuitvoerbaar, maar het is zo goed dat hij de problemen benoemt. Maar een effectief weerwoord begint juist bij de definitie van wat de échte problemen zijn en hoe groot (of klein) die eigenlijk zijn. 

Zoals Jos de Beus terecht betoogde, wordt het tijd voor een serieus inhoudelijk antwoord op het verhaal van Wilders. Dat antwoord is er zonder enige twijfel, of het nu gaat om Wilders’ ondeugdelijke analyse, kromme argumenten of gemankeerde oplossingen. Want in alle opzichten schiet Wilders tekort. Vrienden van links, het wordt tijd! Want de kramp van morele verhevenheid is net zo erg als die van de huichelachtige omarming.

BKB Academie

Omdat ik er goede verhalen over heb gehoord…
Omdat ik de jongens en meisjes van BKB wel mag…
Omdat ik vind dat er genoeg GroenLinksers mee moeten doen om het o zo nodige tegenwicht te bieden aan de PvdA’ers…

… daarom deze aankondiging:

Niet om al te hard op de zaken vooruit te
lopen – het jaar 08/09 is nog niet eens afgelopen en er zit nog een
knallende reünie aan te komen – maar de inschrijving voor het volgende
BKB Academiejaar is alweer geopend.

De BKB Academie bestaat sinds 2000 en laat jong talent delen in de
kennis en het netwerk van het bureau BKB. BKB-Academici zijn vrijzinnig
en betrokken, kritisch en creatief.

De inschrijving voor het nieuwe jaar is nu geopend. Lees er hier [pdf] meer over. Of kijk op bkbacademie.nl.

 

Omnipresence

Deze vrije dagen heb ik benut om een paar kleine aanpassingen aan mijn weblog te doen. De argeloze lezer zullen ze nauwelijks opgevallen zijn, dus ik noem ze maar even… Aan de rechterkant zit nu een zoekfunctie, zodat u in één keer al mijn opvattingen over Ajax, GroenLinks of de Staten kunt terugvinden – inclusief een check op de consistentie daarvan. Ter linkerzijde worden mijn recente ’tweets’ weergegeven, voor degenen die van uur tot uur willen weten wat mij bezighoudt. Dit in aanvulling op het inzicht dat ik al enige maanden bied in mijn muziekvoorkeur.

Intussen is dit weblog ook te lezen via hyves en LinkedIn. Nodig mij gerust uit als contact of vriend, net hoe u het noemt; wie de voorkeur geeft aan Facebook, geen probleem!

Quand on n’a que l’amour

Het is een heerlijk gevoel nu en dan weer een nieuw pareltje in het oeuvre van Jacques Brel te ontdekken. Rond de jaarwisseling was ik helemaal in de ban van La quête, uit l’Homme de la Mancha. De laatste paar weken heb ik Quand on n’a que l’amour grijsgedraaid (alhoewel dat bij een mp3 een wat rare term is, maar u begrijpt wat ik bedoel). Hoe vaak ik het ook hoor, het blijft me raken.

Laatst kwam daar nog een mooie ervaring bij, toen ik dit filmpje tegenkwam; een schitterende combinatie van tekst, muziek en beweging (Maurice Béjart):

 

Quand on n’a que l’amour

Pour tracer un chemin

Et forcer le destin

A chaque carrefour

Quand on n’a que l’amour

Pour parler aux canons

Et rien qu’une chanson

Pour convaincre un tambour

Alors sans avoir rien

Que la force d’aimer

Nous aurons dans nos mains,

Amis le monde entier

Doctor

De dag van de waarheid was dan toch echt aangebroken. Hoewel ik mij niet had gehouden aan het advies op tijd naar bed te gaan, wel goed geslapen en er niet over gedroomd. Om een uur of half tien was ik in de promovendikamer in het hoofdgebouw van de VU, waar Johan en ik beiden onze rokkostuums aantrokken. Even later voegde ook de tweede paranimf Catherine zich bij ons. Een korte uitleg van de pedel, nog een paar minuutjes in spanning en toen voor de eerste keer op naar de hoogleraren.

In een statige rij richting podium, waar ik eerst tien minuten kort aan de ‘leken’ mocht uitleggen waar mijn proefschrift over gaat. Uiteraard van de gelegenheid gebruik gemaakt ook iets over Ajax te zeggen… Na deze ontspannen ouverture volgde het echte werk: het spervuur van vragen door vier leden van de promotiecommissie. Pittig, maar wel heel leuk om te doen en ik had de indruk dat het best aardig ging (een indruk die door meerdere aanwezigen in de vorm van complimenten bevestigd werd, dus dan zal het wel waar zijn). Nog even met de paranimfen op het bankje wachten en toen voor de tweede keer naar de hoogleraren.

Toen het – niet geheel onverwachte – verlossende woord was gesproken, mocht ik mijn naam bijschrijven in het grote boek der VU-promovendi. Vervolgens weer de aula in, waar de decaan bevestigde wat in kleine kring al bekend gemaakt was: aan Harmen Anne Binnema is de graad van doctor verleend, met alle rechten die daarbij horen. Dat laatste ga ik nog eens precies uitzoeken… Overhandiging van de bul (met zegel!) en mooie hartelijke woorden van mijn promotor Hans Keman. Bij het verlaten van de aula voor de eerste keer dat ik in de stoet voor de hoogleraren uit mocht.

Zoals alles in het leven zal het op den duur wel gaan wennen, jezelf dr. mogen noemen. Maar vandaag is het nog even heel bijzonder!