Project 2008: strategie

Net als Simon was het mij ook opgevallen dat het op de Planeet zo stil is over de stukken die vlak voor het weekend zijn verschenen over de toekomst van onze partij. Komt het door de vakantie? Dat is des te opvallender omdat er in de aanloop naar het Toekomstproject en in de afgelopen maanden toch veel discussie over was (of is dat mijn verkokerde partijraadsblik?).

Nou ja, hoe dan ook, laat ik dan mijn poging wagen om de discussie wat leven in te blazen. Twee opmerkingen vooraf. Eén: ik ontkom niet aan het feit dat het makkelijk kritiek leveren is van de zijlijn. Ik vind dat er door heel wat GroenLinksers met enthousiasme en inzet aan is gewerkt en in het stuk komt een aantal belangrijke dilemma’s en uitdagingen terug. Twee: over inhoud wordt binnen GroenLinks al (te) veel gepraat, dus ik beperk me tot het deel over strategie en organisatie. Vandaag strategie en dan houdt u organisatie nog van mij tegoed (moet ik nog wat langer op kauwen).

Het uitgangspunt is helder: we zijn voor te veel mensen ‘goede tweede’  en we willen ook voor hen ‘eerste keus’ worden. Een stem op GroenLinks wordt door heel wat kiezers overwogen, maar in het stemhokje pakt de feitelijke keus toch anders uit. Er is geen andere partij in Nederland waar het potentieel en het feitelijke stemmenaandeel zo ver uit elkaar ligt. What to do?

In het stuk worden zes aspecten onderscheiden die invloed kunnen hebben op de partijkeuze. Twee daarvan hebben met ratio (strategie) te maken, vier met gevoel (sympathie). Nog los van het feit dat het raar is strategie en ratio zo nadrukkelijk gelijk te stellen, zijn de genoemde aspecten ook wat raar ingedeeld. Identificatie met inhoud en issues wordt geschaard onder gevoel, vertrouwen wordt onder ratio gezet. Ook in de uitleg van de zes aspecten komt deze verwarring steeds terug. Want bij de onderdelen die over het gevoel gaan, wordt telkens weer op inhoudelijke afwegingen teruggegrepen. Volgens mij ligt de uitdaging ook eerder in het verbinden van ratio en gevoel dan in het ontrafelen van die twee, zoals hier lijkt te gebeuren.

Waar ik vooral scherpte mis, is bij de issues waar GroenLinks zich op moet richten. Er wordt geconstateerd dat het profiel te ‘waterig’ is en meer focus nodig is. Maar de uitwerking is mij niet duidelijk. Aan de ene kant wordt (terecht) geconstateerd dat meer focus betekent ‘sommige dingen niet doen’. Mijn vertaling daarvan: GroenLinksers willen overal een mening over hebben (en die is meestal ook nog prima onderbouwd ook). Aan de andere kant lijkt de suggestie te zijn dat we op de thema’s waarop onze boodschap niet duidelijk is, een meer onderscheidend profiel moeten krijgen. Oftewel: ook uitleggen dat GroenLinks tolerant is en sociaal en internationaal. Strategie betekent naar mijn smaak: écht keuzes maken en dat wordt hier toch weer uit de weg gaan. Het lijkt mij essentieel om de thema’s die we laten vallen, eens expliciet te benoemen! 

Doorgaans worden drie strategieën van politieke partijen onderscheiden: het behalen van stemmen, regeringsdeelname en realiseren van een programma. Die strategieën kunnen elkaar versterken, maar ze bijten elkaar tegelijk ook. Hoe veel van je politieke idealen ben je bereid op te geven om aan een regering mee te mogen doen? Hoever ga je in het aanpassen, afzwakken of opleuken van je boodschap om zoveel mogelijk kiezers te trekken? Bovendien is een kleine partij soms een aantrekkelijker coalitiepartner dan een grote partij die met een grote verkiezingswinst en bijbehorend wensenlijstje komt aanzetten.

Ik heb het gevoel dat het probleem dat in ‘Scoren in de Linkerbovenhoek’ niet werd opgelost, nog steeds boven de markt hangt. Want de suggestie wordt opnieuw gewekt dat je trouw kunt blijven aan je ‘niche’ positie in de hoek van het politieke spectrum, maar wel veel meer kiezers kunt trekken en ook nog eens meebesturen. Als we maar de juiste kandidaten vinden om de boodschap uit te dragen, overal maatschappelijke coalities aangaan en vertellen dat GroenLinks ‘best belangrijk’  is.

Ik ben geneigd in deze romantische gedachte niet te geloven. Een échte herbezinning op onze ideeën is nodig, vanuit het strategische perspectief van regeringsmacht. Mijn voornaamste probleem is dat de kool en de geit weer gespaard worden. Dat zal vanuit duurzaamheid ongetwijfeld goed te verdedigen zijn, maar is hét recept voor nog heel wat jaren leuk meedoen, maar als het erop aankomt telkens tweede keus zijn.

Zomaar een zaterdag in Utrecht

Toen we rond vieren nog niet klaar waren met stemmen over een motie die volgens mij helemaal niet ingediend had moeten worden, vond ik het mooi geweest. Naar huis. Eigenlijk had ik dat al een half uur eerder willen doen, want ik heb nog het nodige voor te bereiden voor de Statenvergadering van maandag.

Gelukkig heeft René al goed verslag gedaan van deze middag, dus dat stuk zal ik overslaan. Ik deel ook helemaal zijn scepsis over dit soort vergaderingen en de ergernis over sommige collega-partijraadsleden. Op dat soort momenten merk ik dat ik eigenlijk weer achter die voorzitterstafel zou willen gaan zitten om de boel eens bestraffend toe te spreken en oeverloos gedoe om niks af te kappen. Maar ja, ik ken mijn plek…

Gratis OV helpt niet?

Alweer een aardige tijd geleden had ik in het GroenLinks blad De Rode Draad een discussie over gratis openbaar vervoer met Michel van Hulten. De Rode Draad bestaat inmiddels niet meer en Michel van Hulten is nu lid van de PvdA, maar de discussie over gratis OV is niet verstomd.

Voor de duidelijkheid: Van Hulten trok in die dagen met zijn boek door het land als de profeet van het gratis OV, terwijl ik daar de nodige scepsis over had. Mijn voornaamste bezwaren waren (en zijn) ten eerste dat OV niet gratis is en dat het niet gek is om net als voor gas en licht er een prijs voor te vragen die in relatie staat tot het individuele verbruik; dat de reden dat sommigen nu liever met de auto gaan dan met bus of trein niet de prijs is, maar het gemak, de reistijd, de kwaliteit etc.; dat gratis OV vooral ook fietsers en voetgangers trekt. Om die laatste twee redenen valt het dus te betwijfelen of gratis OV de automobilist kan verleiden en de files kan helpen verminderen.

Ik moest hier weer aan denken naar aanleiding van de berichtgeving over een aantal experimenten met gratis OV:

File blijft ondanks gratis bus

DEN HAAG – Gratis openbaar vervoer helpt niet tegen de files. Bussen waarvoor niet hoeft te worden betaald, zitten vooral vol met mensen die anders gingen fietsen, lopen of toch al met het ov reisden. Dat blijkt uit tussentijdse resultaten van tientallen experimenten.

Het ministerie van Verkeer en Waterstaat, dat hiervoor tot 2011 zo’n 50 miljoen euro uittrekt, noemt gratis ov nadrukkelijk ‘een wapen in de strijd voor mobiliteit’.

Maar adviesbureau XTNT, dat recent 16 projecten doorlichtte, vindt het een ‘weinig effectieve maatregel’ tegen de files. Onderzoeker Frans Gommers: ,,Je moet je sterk afvragen of de effecten opwegen tegen de kosten.”

Het ministerie subsidieert in diverse regio’s gratis ov voor forenzen. Verkeer en Waterstaat onderstreept dat het nog te vroeg is om harde conclusies te trekken, zegt woordvoerder Willem Bonekamp.

Maar het lijkt er sterk op dat dit niet ‘de sleutel’ is om Nederlanders uit de auto te lokken. Reistijd, de kans op een zitplaats, stiptheid en ritfrequentie vinden reizigers veel belangrijker dan het tarief van het openbaar vervoer, signaleerde het departement onlangs al.

Door heel Nederland wordt ook geëxperimenteerd met gratis ov voor 65-plussers. Dat heeft vaak als doel om senioren uit een ‘sociaal isolement te halen’. ,,Maar een verband tussen meer reizen en minder eenzaamheid is niet aangetoond,” vertelde Verkeer en Waterstaat afgelopen maand op een seminar over gratis ov.

Nieuwe partijraad

Vandaag voor het eerst naar de partijraad in nieuwe samenstelling. Echt een bijeenkomst om erin te komen en aan elkaar te wennen. Dat zal het zeker in het begin nog wel zijn met een groot aantal nieuwelingen. ’s Ochtends begon het wat moeizaam met een wel erg lange bespreking van de notulen en daarna naar mijn smaak erg veel detail gedoe en geneuzel over de voortgang van het Toekomstproject. Hopelijk lukt het ook in deze partijraad wat in de vorige partijraad in het laatste jaar goed lukte: debatteren op hoofdlijnen over de onderwerpen die er echt toe doen en waar de PR een echte rol in te spelen heeft.

Helaas kan ik daaraan niet meer vanuit het bestuur van de partijraad mijn bijdrage aan leveren. Had het graag gewild en mij ook weer verkiesbaar gesteld, maar meeste stemmen tellen en daar zat ik niet bij. Gelukkig zijn met Ap en Maarten wel twee van de oude bestuursleden in het nieuwe bestuur vertegenwoordigd. Nou ja, heb ik weer tijd om andere dingen te doen…

Raads- en statenledendag

Gisteren was ik in het Centrum voor de Kunsten in Beverwijk, waar we als Statenfractie de raads- en statenledendag organiseerden. Deze dag is bedoeld voor (de naam zegt het al) raadsleden en statenleden uit Noord-Holland, maar ook alle andere politieke vertegenwoordigers en de burgemeesters die in onze provincie wonen. Met een opkomst van ongeveer 40 mensen was het een geslaagde middag.

Na de opening door dagvoorzitter Peter Tange gaven onze gedeputeerde Albert Moens en ikzelf een kort overzicht van de gebeurtenissen in de provincie sinds de verkiezingen van vorig jaar. Vanuit de zaal een aantal kritische vragen en vooral ook een oproep om als raadsfracties en Statenfractie meer samen te werken en af te stemmen. Precies ook één van de redenen om een dag als deze te organiseren, dus daar ga ik graag mee aan de slag.

In het vervolg hadden we drie workshops, over water, de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening en over openbaar vervoer. De laatste workshop had ik zelf georganiseerd, met als kernvraag: hoe maken we OV een echt aantrekkelijk alternatief voor de auto? Een interessante inleiding op dit thema werd gehouden door Onno Pruis, zelfstandig adviseur verbonden aan inno-V. Het ontnuchterende antwoord was dat het met name in stedelijk gebied wel mogelijk is om dat te realiseren, maar in landelijk gebied veel moeilijker. Onno gaf een aantal stelregels bij de afweging tussen auto en OV, bijv. dat de reis met het OV niet veel langer mag zijn dan de tijd die je voor die reis in de auto doorbrengt en de wachttijd danwel overstaptijd niet meer dan de helft van de totale reistijd mag zijn. Op veel plekken zal dat lastig te realiseren zijn. Ook kwam een aantal aspecten van het huidige OV (comfort, gemak, betrouwbaarheid) die nog onvoldoende zijn.

In de discussie kwam aan de orde dat het OV bovendien ingewikkeld georganiseerd is. In Noord-Holland hebben we met verschillende concessies te maken, met verschillende looptijden en bovendien het feit dat de provincie voor een deel van de concessies verantwoordelijk is en de Stadsregio Amsterdam voor een ander deel. De workshop biedt heel wat aanknopingspunten hoe we als GroenLinksers samen kunnen werken om die kluwen te ontrafelen.

Na een korte terugmelding vanuit de drie workshops was het tijd voor het napraten met een drankje. Voldaan en best een beetje moe kon ik rond 17.30 huiswaarts. Volgend jaar weer!

Tenda, van harte!

Aan het eind van het jaar is het weer tijd voor de overbekende lijstjes met de beste dit, het slechtste dat. De meeste daarvan negeer ik vakkundig, maar dit is toch weer leuk om te lezen:

Tenda Hoffmans (GL) beste raadslid in Haarlem

Tenda Hoffmans van GroenLinks is het beste Haarlemse gemeenteraadslid van 2007. Dat is de uitkomst van de jaarlijkse verkiezing die deze krant uitschrijft onder Haarlemse politici. Chris van Velzen (VVD) werd voor het tweede achtereenvolgende jaar aangewezen als beste wethouder.

Hoffmans wordt door haar collega’s geprezen als ‘scherp’, ‘betrokken’ en ‘integer’, Over haar wordt gezegd dat ze ‘niet uit het veld te slaan’ en ‘een goede debater’ is. Tenda Hoffmans kreeg tien van de 43 stemmen. De nummer twee, Jeroen Fritz (PvdA) bleef steken op zeven stemmen, die overigens allemaal van binnen de eigen partij kwamen. Hoffmans haalde stemmen uit zes van tien gemeenteraadsfracties. Als nummer drie eindigde Cees-Jan Pen van het CDA; hij kreeg vier stemmen.

Opvallend is dat de top drie wordt gevormd door een jonge, nieuwe lichting Haarlemse politici. Bij de wethouders is Chris van Velzen (financiën, cultuur en personeelszaken) evenals vorig jaar de onbetwiste nummer één. Hij kreeg 28 stemmen (twee meer nog dan vorig jaar). Ter vergelijk: de nummer twee, Maarten Divendal (beheer, sport en jongeren – PvdA), haalde zes stemmen.

Tenda, geniet van deze uitverkiezing en bedenk dat nog moeilijker dan aan de top komen is om er te blijven…

Time management

Het is deze weken ongeveer elke avond raak met provinciale of GroenLinks activiteiten. Vorige week maandag Statenvergadering, dinsdag overleg met de landelijke penningmeester van GroenLinks, woensdag discussiebijeenkomst Zuideramstel, deze maandag Statenvergadering, gisteren ontmoeting met de regio en fractievergadering in Alkmaar, vandaag bestuur partijraad en morgen ledenvergadering in Bos en Lommer. Maar ik klaag niet hoor 🙂

Maandag was er een boeiende Statenvergadering met veel ruimtelijke ordening. Een beleidsterrein dat ik zelf erg leuk vind en waarover de provincie ook veel te zeggen heeft. De uitgebreide herziening van zowel streekplan Noord als Zuid zorgde voor spannend debat en spannende stemmingen. We slaagden erin ontwikkelingen van bedrijventerreinen in het prachtige landschap bij Monnickendam tegen te houden en kregen stevige garanties van gedeputeerde Hooijmaijers om in de Broekhornpolder een brede ecologische verbinding aan te leggen. Een motie van de VVD die de gemeente Muiden aanspoorde om werk te gaan maken van de woningbouw (Bloemendalerpolder/KNSF) zorgde laat op de avond voor heel wat hectiek en verhitte gezichten bij de PvdA. Na meerdere schorsingen werd de motie uiteindelijk motie ook met steun van de PvdA aangenomen.