Af en toe wordt mijn grote vertrouwen in de NS toch op de proef gesteld. Dat wil zeggen, ik ga er nog steeds vanuit dat als ik op een bepaalde tijd in een trein stap, ik op of rond de geplande aankomsttijd er ook ben. Zo niet deze keer: braaf zaten Jane en ik vanochtend om 9.21 op de trein van Zuid WTC naar Utrecht te wachten (verwachte aankomst Utrecht CS rond 9.45), nietsvermoedend van werkzaamheden tussen Duivendrecht en Utrecht. De mededeling dat we via Amersfoort moesten reizen was niet alleen verrassend, maar ook vervelend. In plaats van keurig op tijd waren we zo een kwartiertje te laat.
Te laat bij de partijraad, want daar was ik vandaag. Gelukkig geen al te belangrijke zaken gemist en het ochtenddeel ging verder ook zo voortvarend dat we zeer veel tijd hadden voor de lunch. Na de lunch stelden we een protocol vast voor een beroepscommissie uit de partijraad bij wie – let goed op – mogelijke kandidaten die door de kandidatencommissie a) geheel ongeschikt of b) ongeschikt voor een bepaald blok op de lijst (bijv. verkiesbare plek) zijn bevonden. Dat wil je toch goed regelen, dus daar namen we de tijd voor om dat te bespreken. Verder ook verantwoording van het partijbestuur – voor het eerst met de nieuwe partijvoorzitter Henk Nijhof – en Tof Thissen van de Eerste Kamerfractie, altijd een genot om naar hem te luisteren. De volgenden in het rijtje waren Joost Lagendijk namens de Europese fractie en tenslotte Femke Halsema namens wie dat weet iedereen.
Femke had gevraagd om over de strategische positie van GroenLinks te praten en ik had daarvoor een kort stukje geschreven. Allereerst over de (in mijn ogen althans) wat al té stabiele resultaten die we de laatste tijd halen – zeg maar sinds de verkiezingen van 2002 continu om en nabij de 6% of het nou landelijk, provinciaal of gemeentelijk is. Verder over de keuze hoe we de afweging gaan maken tussen onze eigen inhoud, de wens om veel kiezers te trekken en eventuele regeringsdeelname en tenslotte de vraag hoe GroenLinks zich positioneren kan t.o.v. andere partijen. Mijn pleidooi daarbij is om daarbij wat minder naar de sociale thema’s te kijken, dat doen PvdA en SP toch beter – en dus ook niet te sterk op de linkse lente en linkse samenwerking in te zetten – maar naar de punten te zoeken waar we ons echt onderscheiden: milieu en multiculturele samenleving. Ik zie ook aanwijzingen dat de tijd weer rijp is voor dat soort thema’s en dan moeten we er als de kippen bij zijn. Femke interrumpeerde daarop stevig dat ik 1) niet onrealistisch moet zijn over hoeveel zetels we kunnen halen en 2) de media logica wat onderschat waarbij thema’s niet zomaar naar boven komen als die alleen door een kleine partij worden gepropageerd.
Na afloop daar nog even over nagepraat en toen ik lang genoeg was blijven hangen zelfs nog een lift aangeboden gekregen waardoor ik samen met Hans Wijering (partijbestuur) en Joost Lagendijk door onze partijleider in haar fraaie bolide naar Amsterdam werd gereden. Op de achterbank bij Femke: wie kan mij dat nazeggen?