Van Europa tot Zuidtangent

Maandag hield vandaag de eer als vergaderdag hoog. Het begon voor mij met een bijeenkomst van de werkgroep Europa waarin we kort terugblikten op het bezoek aan Brussel, maar vooral ook aan de hand van de concept Agenda voor Europese Strategie (AES) vooruitkeken naar wat we de komende jaren met Europa willen. Daarbij gaat het aan de ene kant om (nieuw en bestaand) Europees beleid waar het provinciale beleid op afgestemd moet zijn en aan de andere kant om Europese netwerken en fondsen/subsidies waar we ons voordeel mee kunnen doen. De kunst is vooral om Europa bij Statenleden te laten leven en het niet geheel aan de gedeputeerden over te laten. We hebben met onze eigen kadernota daarvoor al een eerste aanzet gegeven en het was goed te merken dat veel daarvan in de AES verwerkt is.

Iets voortijdig moest ik vertrekken naar een zaal even verderop voor de commissie Wegen, Verkeer en Vervoer. De agenda begon met het onderzoek dat we met een werkgroep uit de Staten hebben uitgevoerd naar het functioneren van de OV-taxi. Op basis van het TNS NIPO rapport heeft de werkgroep een aantal aanbevelingen geformuleerd, die met name te maken hebben met stiptheid, voorlichting, dienstverlening en gebruikersgroepen. Over het algemeen krijgt – zeker in de pers – de stiptheid de meeste aandacht en elke klacht van iemand die lang moet wachten in de kou op een taxi die niet komt of een begrafenis mist, is er een te veel. Aan de andere kant blijkt ook uit objectieve cijfers dat in de meeste ruim 90% van de ritten wel volgens de afspraak gaat. Zeker het drukker wordende verkeer – waarbij de OV-taxi met ieder ander in de file staat – maakt het ook moeilijker om aan de eisen te voldoen. Maar de echte discussie zou volgens mij moeten gaan over de vraag of wat wij ooit in gedachten hadden bij de OV-taxi, nl. aanvullend openbaar vervoer, niet ver uit het zicht is geraakt. Feitelijk bedient de OV-taxi nu uiteenlopende doelgroepen die verschillende eisen hebben en verschillende ritmes en dat bijt elkaar nu en dan. Wordt vervolgd in de Staten op 17 december.

Hierna bespraken we ook nog een voorstel van dhr. Van Zwol die een geheel eigen dienstregeling in elkaar had getimmerd voor de bussen in Noord-Holland Noord. Veel bewondering voor deze prestatie en het was maar goed dat Onno hierover het woord voerde, anders had ik al onze spreektijd opgemaakt met een verhaal over de dienstregeling die ik vroeger maakte voor de treinen die reden tussen de slaapkamers van mijzelf, mijn jongere broer, mijn ouders, de badkamer en de logeerkamer. 100% stipt! Ook op de agenda de bereikbaarheid Waterland en de laatste ontwikkelingen rondom de Zuidtangent.

Na een snelle hap tussendoor ’s avonds fractievergadering, in aanwezigheid van onze gedeputeerde Albert die ons met name bijpraatte over de ontwikkelingen van herindeling en gemeetelijke samenwerking. We bereidden de Statenvergadering voor, waar met name de golfbaan in de Bovenkerkerpolder een boeiende stemming zal gaan opleveren. Verspreid over de agenda ook nog heel wat spreekminuten voor mezelf geclaimd. Spijtig nieuws was er van ons duo-lid Samir die vanwege een drukke baan en vaderschap zijn prioriteiten elders legt en onze fractie niet meer op vaste basis kan bijstaan. Succes en we zien je vast weer terug!

Ook deze dag komt wel om

In grote haast voortijdig vertrokken bij een presentatie van mijn werk, kwam ik toch nog een kwartier te laat aan in Heiloo. Daar was het vervolg van de Algemene Beschouwingen over de begroting 2008 al begonnen. Nog snel her en der onze amendementen laten tekenen en een hoop van andere partijen (laten) meetekenen. Als kleinste van de vier coalitiepartijen is GroenLinks bij dit soort gelegenheden altijd als laatste aan de beurt. Dat deed mij verzuchten dat ik de volgende keer maar moet zorgen dat we de grootste partij van Noord-Holland worden. PvdA-gedeputeerde Peter Visser wees er als troost op dat meestal naar de eerste en de laatste spreker het best wordt geluisterd…

Na de uitgebreide behandeling van de begroting in de verschillende commissies was het slotakkoord niet erg spannend. De meeste partijen – de mijne niet geheel uitgezonderd – bereden nog eens de bekende stokpaardjes en lichtten de vloed aan moties en amendementen toe. Na de Super Sunday werd het zo niet echt een Manic Monday. Maar over de veranderingen in de begroting kunnen we zeker tevreden zijn. Extra geld voor klimaat en duurzame energie (€ 6 miljoen) was al eerder veiliggesteld, maar nu draaiden we ook een bezuiniging terug op de Noordboog – een ecologische verbinding in de Kop van Noord-Holland – en op de exploitatie van het openbaar vervoer, allebei € 1 miljoen. Ook de bezuiniging op het onderhoud van wegen, waarbij het grootste deel ten koste zou gaan van fietspaden en milieu-aspecten, werd ongedaan gemaakt, evenals de voorgestelde bezuiniging op armoedebeleid.

Daarnaast hadden we een motie over NUON, waarin we het college in de rol van aandeelhouder (we hebben als Noord-Holland bijna 10%) opriepen twee standpunten in te nemen. Ten eerste af te zien van de bouw van een kolencentrale en ten tweede om een duurzaam investeringsplan te ontwikkelen. Helaas kreeg het eerste deel van de motie net niet voldoende steun (24 om 25), wegens voor mij niet helemaal te volgen stemgedrag (tegen???) van D66 en de CU/SGP. D66 vond een kolencentrale een ’tussenstap’ op weg naar echt duurzaam en CU/SGP betwijfelde of een kolencentrale wel echt zo slecht is. Voor het duurzame investeringsplan was wel unanieme steun, waarmee we uiteindelijk op hetzelfde resultaat uitkomen als de Staten van Friesland.

Al met al kon ik afsluiten met het tevreden gevoel waarop ik in mijn bijdrage vooruit liep:

We hebben verspreid over een periode van twee maanden gesproken over de begroting 2008. Onze bijdrage tweemaal in deze zaal en in de verschillende commissies was erop gericht de begroting bij te stellen in groene en linkse richting. Omdat wij willen opkomen voor kwetsbare waarden en kwetsbare mensen. Met de begroting zoals die vandaag na de door de Staten gewenste wijzigingen zal worden vastgesteld, kunnen wij prima uit de voeten.

SP bewijst openbaar vervoer slechte dienst

Een memorabele middag, dat was het. Nou heb ik met aanbestedingen van het openbaar vervoer wel een en ander meegemaakt. Toen in de vorige periode Haarlem/IJmond aan de beurt was werd onze commissievergadering overvallen door zo’n 70 chauffeurs van Connexxion die ons, armen over elkaar, met norse strenge blik aankeken. Bij ieder verkeerd woord klonk boegeroep en er was gejuich en applaus voor wat als een verstandige opmerking werd beschouwd.

Vanmiddag hadden we in de commissie Wegen, Verkeer en Vervoer de aanbesteding voor Noord-Holland Noord op de agenda. In juni hadden we hier al een eerste bespreking over gehad en ook eind september (toen lag ik overigens nog in een Zaans ziekenhuis bij te komen). Bovendien was er naar aanleiding van het concept Programma van Eisen een flinke papierlading aan commentaar en adviezen binnengekomen. Wie zich afvraagt waarom deze informatie relevant is, dat komt nu. In de aanloop naar deze vergadering maakte de SP de nodige stampei over het feit dat was besloten niet nog een keer inspraak toe te staan over dit onderwerp. De redenering daarbij was: het is een uitloopvergadering van de bespreking in september, toen door verschillende mensen al ingesproken is (en daarvoor al in juni). Daarnaast is er al schriftelijk heel veel gemeld door belanghebbenden. Op zichzelf kan ik mij daarin vinden, al had van mij de inspraak vandaag ook kunnen plaatsvinden. In zeker zin gebeurde dat ook, omdat de woordvoerders van West-Friesland mist de bus en Red de bus hun petities konden aanbieden met toelichting.

Maar goed, ik had in elk geval verwacht dat de SP aan het begin van de vergadering een ordevoorstel zou doen om alsnog inspraak mogelijk te maken en zo’n verzoek had ik dan ook gesteund. Maar dat gebeurde niet. In plaats daarvan ging gewoon de discussie van start en gaf iedere partij adviezen mee voor aanpassingen van het Programma van Eisen. Tot de SP aan de beurt was. Harald Bos begon aan een uitgebreid betoog over artikel 17 van het reglement en het a-democratische gehalte van de commissie. Net toen ik hem wilde vragen of het gezien de spreektijd niet verstandig was om de procedure te laten voor wat hij was en aan de echte inhoud te beginnen, kwam het hoge woord eruit. Aan deze ‘vertoning’ wenste de SP niet mee te doen, dus stapten de drie aanwezige SP’ers demonstratief op. Ze gaven mij of andere Statenleden ook niet de gelegenheid hierover nog vragen te stellen. Want ik wilde wel graag weten of de SP dan geen eigen opvattingen heeft, zonder dat volledig van insprekers af te laten hangen?

Volgens mij heeft de SP zichzelf, de inwoners van Noord-Holland Noord en het openbaar vervoer een slechte dienst bewezen. Het is natuurlijk heel stoer om om andere partijen te betichten dat zij ondemocratisch zijn en dat jij de enige partij bent die echt naar de mensen luistert. Maar door je buiten de discussie te houden, laat je bewust de kans voorbijgaan om aan te geven hoe het dan wel moet. Het is helaas weer de ouderwetse SP, die precies weet hoe het niet moet, maar niet met alternatieven komt. Sterker nog, men loopt letterlijk en figuurlijk weg voor die verantwoordelijkheid. Al jaren een grote mond over wat er allemaal niet deugt, maar er is dankzij de SP nog geen buslijn meer gaan rijden. Zijn de insprekers daarmee gediend?

Belastingparadijs Noord-Holland

Nou dacht ik altijd dat het ageren tegen hoge belastingen vooral iets van de VVD, TON of de PVV was. Maar sinds kort hebben deze partijen er een bondgenoot bij. D66 heeft ontdekt dat de provincies u massaal geld uit de zak kloppen via de opcenten op de motorrijtuigenbelasting. Deze verborgen lasten kunt u voor uw eigen auto berekenen.

Ook D66 in Noord-Holland doet aan de actie mee. Hoewel men moet toegeven dat Noord-Holland de goedkoopste provincie van Nederland is en blijft, dreigt ook hier grote ellende voor de burger:

Joke Geldhof, fractievoorzitter van D66 Noord-Holland: “Het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland wil voor 2008 de opcenten verhogen. Hun argument dat Noord-Holland ondanks de voorgenomen opcentenverhoging nog altijd de provincie is met de laagste motorrijtuigenbelasting, is onvoldoende reden om zomaar de lasten voor burgers en bedrijven te verhogen. D66 vindt dat de provinciale overheid niet meer belasting moet gaan heffen dan strikt noodzakelijk.“

Ferme taal van de sociaal-liberalen, alleen de verwijzing naar de HardWerkendeNoord-Hollander ontbreekt nog. Maar misschien is het wel zo sportief als D66 er ook bij zou zeggen dat deze verhoging van 0,5 opcent een belastingverzwaring van € 0,70 per jaar betekent voor de Peugeot 206 rijder en € 3,55 voor de bezitter van een Volkswagen Touareg. Om daarover nou zo hoog van de toren te blazen!

Maar veel pikanter is dat wie inderdaad de website bezoekt, daar zal ontdekken dat de grote verhoging van de opcenten in Noord-Holland tussen 2003 en 2007 heeft plaatsgevonden. Mag u één keer raden welke partij toen deel uitmaakte van Gedeputeerde Staten en van harte hiermee instemde…

Tunnelvisie

Vanavond was ik in Haarlem voor een werkatelier over de Zuidtangent tunnel. Voor wie dit te veel onbegrijpelijke woorden in één zin vindt een korte uitleg. Een bijeenkomst in een zaaltje waarbij je in groepen uiteen gaat heet tegenwoordig een werkatelier en de Zuidtangent is een bus die – in de ideale toekomstsituatie – rijdt van de IJmond naar IJburg. Nu is het nog de verbinding tussen Amsterdam Zuidoost en Haarlem.

Die laatste stad is op dit moment de bottleneck en dan in het bijzonder de rivier die door Haarlem kronkelt: het Spaarne. De bus moet met het andere verkeer over de brug en dan door de binnenstad naar het station. De provincie Noord-Holland heeft in 2005 een bedrag van ruim € 100 miljoen beschikbaar gesteld om een groot deel van het tracé in Haarlem ondergronds te maken. Dat wil zeggen, in elk geval een tunnel onder het Spaarne en dan nog de discussie hoe de route verder gaat en waar de bus weer boven de grond komt.

In opdracht van provincie en gemeente wordt nu een onderzoek uitgevoerd (de tunnelstudie) naar de haalbaarheid van dit plan. In een aantal werkateliers, georganiseerd door het bureau dat dit proces begeleidt – APPM – wordt over verschillende onderdelen gediscussieerd met belanghebbenden en geïnteresseerden, zoals ook Statenleden. Vanavond ging het over de locatie van de haltes (‘OV knooppunten’) die als het even kan daar komen waar veel mensen instappen en uitstappen en waar ook interessante ruimtelijke ontwikkelingen kunnen plaatsvinden.

Met een hoop interessante suggesties voor mogelijkheden in en rond Haarlem – station Spaarnwoude/Waarderpolder, InHolland, Heemstede, Delfplein – kwamen we toch al snel uit op een viertal essentiële haltes. Niet verrassend werden dat Schalkwijk Centrum, Europaweg/Schipholweg (023), Verwulft/Grote Markt en Centraal Station. Wel kwam nog enige discussie over de wenselijkheid om Houtplein/Tempeliersstraat ook in het verhaal mee te nemen.

Hoewel inhoudelijk niet erg spannend, toch een leuke bijeenkomst om mee te maken. Vooral heb ik mij verbaasd over de grote hoeveelheid zelfbenoemde deskundigen, die zichzelf graag horen praten en zich ook door tegenwerpingen van hun collega-deskundigen niet van de wijs laten brengen. Ik kijk al uit naar het volgende atelier in november; dan gaan we ook echt zien wat de effecten zijn van alle leuke plannetjes…

Dilemma (II)

Aan het eind van de vorige Statenperiode besloot de commissie Wegen, Verkeer en Vervoer op initiatief van Ruben Vis (VVD) en Bert Putters (SP) een onderzoek in te stellen naar het functioneren van de OV-Taxi. Aanleiding hiervoor was dat we regelmatig klachten kregen over taxi’s die veel te laat of helemaal niet kwamen, ritten die niet volgens afspraak werden gereden of te lang duurden en onvriendelijke of weinig behulpzame chauffeurs. Ook diverse regionale kranten schreven uitgebreid over het ene schrijnende geval na het andere.

Tegenover deze berichten stonden de ‘nuchtere’ cijfers van de jaarverslagen, zoals bijvoorbeeld het Jaarverslag van Noord-Holland Noord over 2006. Er zijn in dat jaar 510.273 passagiers vervoerd en 2.451 klachten ingediend (minder dan 0,5%). Laten we aannemen dat 9 op de 10 ontevreden mensen geen klacht indienen en dat dit aantal dus eigenlijk staat voor een kleine 25.000 ritten die om de een of andere reden niet goed zijn gegaan, dan nog gaat ruim 95% wél goed. Er zit dus een enorm verschil tussen de beleving en hoe het feitelijk gaat, al dan niet gevoed door berichten in de krant of onrealistische verwachtingen.

Tijd dus voor een onderzoek en een bijbehorende Werkgroep OV-taxi. Woensdagavond kreeg deze werkgroep de gelegenheid om te spreken over de tussenrapportage van het onderzoek (uitgevoerd door TNS NIPO), in een rondetafelsessie met vertegenwoordigers van ROVER, SBO, Zorgbelang en Connexxion. In vergelijking met de jaarverslagen ging het NIPO rapport meer over de beleving van de reizigers, maar de conclusies over de aard van de klachten en de mogelijke verbeterpunten kwamen sterk overeen.

Daar zat ook precies mijn probleem. De discussie ging al snel weer over de klachten – inclusief alle anekdotes – en over allerlei zaken die in de aanpak van Connexxion beter zouden moeten. Waarop de vervoerder nogmaals uitlegde wat er wel en niet klopt van alle verhalen, hoe de chauffeurs aangestuurd worden, hoe men omgaat met klachten etc. etc. Oftewel, we draaiden in hetzelfde cirkeltje rond als voorafgaand aan het onderzoek. Ik merkte dat ik steeds meer moeite had mijn aandacht erbij te houden…

Weer een leuk dilemma: als Statenlid wil ik mij niet bezighouden met de bedrijfsvoering van Connexxion en ik wil mij ook niet in detail gaan verdiepen in iedere klacht. Wij (= de provincie) stellen eisen aan stiptheid, reistijden, kwaliteit van het materiaal, afhandeling van klachten en wat je nog meer kunt verzinnen. De vervoerder moet dat vervolgens doen en daar ga ik niet bovenop zitten. Als hij het niet goed doet, en er zijn vele manieren om dat te controleren, dan wordt hij daarop aangesproken en zonodig beboet. Lastig is dat er collega-Statenleden zijn die daar heel anders over denken en ook de vertegenwoordigers van sommige organisaties konden zich niet losmaken van deze discussie op de vierkante millimeter.

Wat ik vanavond eigenlijk te weten had willen komen is of de OV-taxi eigenlijk wel werkt als OV voorziening. Ik had ook gehoopt dat de aanwezige organisaties me daarin verder hadden kunnen helpen. Helaas was er geen ruimte om de goede voorzet die ROVER hiervoor gaf verder uit te werken. Wat ik eigenlijk wilde weten is of het zin heeft om collectief vraagafhankelijk vervoer op deze manier aan te bieden, waarbij allerlei reizigersgroepen in hetzelfde OV-taxi keurslijf worden gepropt. Met andere woorden, of het concept dat op een gegeven moment bedacht is, (nog) wel werkt. Helaas zijn we aan die discussie niet toegekomen. Een gemiste kans.

SP krijgt het weer voor elkaar

Gisteren sprak ik de verwachting uit dat de SP op haar website zou gaan proberen recht te praten wat krom is en ik ben erg blij dat daaraan zo snel al voldaan is. Ik moet zeggen, de opening is origineel:

Het PVVP is geactualiseerd. Het PVVP heeft niets met de PVV te maken, behalve dan misschien dat de partij van Wilders net zo dol is op extra asfalt als het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland.

Daarna gaat het op de overbekende toon verder:

Iedereen weet dat extra asfalt geen duurzame oplossing is voor de files, maar VVD, PvdA, CDA en GroenLinks in Noord-Holland hebben er torenhoge verwachtingen van. Ten tweede wordt extra openbaar vervoer afhankelijk gemaakt van extra asfalt. Pas als er voor € 200 miljoen extra asfalt komt, investeert de provincie ook in € 200 miljoen openbaar vervoer.

Tsja, ik zou ook kunnen zeggen dat de opvatting van de SP over het PVVP niks met de PVV te maken heeft, behalve dan dat je de indruk krijgt dat de SP ongeveer alle bladzijden uit het PVVP gescheurd heeft tot het de dikte van de Donald Duck had. Als je voorin begint met scheuren, dan blijven inderdaad achteraan een paar pagina’s met plannen voor infrastructuur over. Maar wie de moeite neemt om het hele plan te lezen komt daarin ook tegen: beprijzing (ja ik weet dat de SP daar tegen is, oh nee, alleen op dit moment, straks misschien niet meer), verkeersmanagement, ketenmobiliteit, impuls fiets, hoogwaardig openbaar vervoer en afstemming ruimtelijke ontwikkelingen en bereikbaarheid. Sterker nog, dat zijn zelfs speerpunten van dit verkeers- en vervoersplan.

Ten tweede is de bewering dat er eerst € 200 miljoen voor wegen moet komen voordat de € 200 miljoen voor openbaar vervoer beschikbaar komt, gewoon onzin. Die koppeling is nooit gelegd: als we morgen het geld voor de Zuidtangent kunnen uitgeven dan doen we dat. Bovendien, hoe is het anders te verklaren dat we al geïnvesteerd hebben in RegioNet en de bereikbaarheid van de kust?