Een paar jaar geleden heb ik eens een stukje gewijd aan de overdaad aan schriftelijke vragen die mijn toenmalige collega’s in de Staten stelden. In mijn jeugdige onbezonnenheid koos ik een wat weinig vleiende titel en ook de inhoud van het stukje was misschien iets te scherp aangezet. Voorzover ik mij herinner is het effect ook uitgebleven, want de vragen bleven maar komen.
Eigenlijk was het nog weer een paar maanden daarvoor heel onschuldig begonnen met een inventarisatie van wie, wat en waarover. Omdat ik gewoon wel eens wilde weten wie al dat onrecht in de provincie schriftelijk aan de kaak stelden en me afvroeg of dat een beetje gelijkelijk over partijen en personen verdeeld was.
Nu het einde van het jaar nadert en velen zich met lijstjes bezighouden, besloot ik deze exercitie nog eens te herhalen, met als onderwerp de Statenvragen van 2008. En het leek me wel zo aardig om degene die zich in het afgelopen jaar het meest nieuwsgierig heeft betoond (als het hoogste aantal vragen daarvan de beste indicator is tenminste) te belonen met de eretitel van NHNS: Noord-Hollands Nieuwsgierigste Statenlid.
In een notendop:
- In 2008 werden er in totaal 67 keer schriftelijke vragen gesteld, waarvan 40 in het eerste halfjaar. Februari was een topmaand met 11 vragen, augustus eindigde onderaan met 2 keer (maar ja, da’s ook reces).
- De meeste vragen (64) werden vanuit één partij gesteld. Eén keer was er een duo (CDA/VVD) en twee keer een trio vragenstellers (VVD, SP, PvdA resp. PvdD, SP, GL).
- Verkeer en vervoer was het meest populaire thema (28 vragen), natuur en milieu scoorde 16 en sociale infrastructuur 10.
- De vragen varieerden van het afschieten van huiskat Goofy tot de mensenrechten in China en van de "ovonde" tot de salarissen in de jeugdzorg.
- De oppositiepartijen stelden beduidend meer vragen (46) dan de coalitiepartijen (21). Bij de oppositie kwamen 28 vragen van de SP, bij de coalitie was de PvdA koploper met 9 vragen.
- In totaal stelden 34 verschillende Statenleden (al dan niet samen met anderen, al dan niet vaker dan één keer) schriftelijke vragen.
Dan nu de ranglijst der Statenleden, dat wil zeggen de top-10:
1. Bert Putters (SP) 13
2. Peter van Poelgeest (PvdD) 5,5
3. Carlien Boelhouwer (SP) 5
4. Harald Bos (SP) 5
5. Piet Bruijstens (ONH/VSP) 4
6. Klaas Breunissen (GL) 3,33
7. Liesje Klomp (PvdA) 3
8. Gohdar Massom (PvdA) 3
9. Zafer Yurdakul (D66) 3
10. Ed Wagemaker (PvdA) 2,33
Voor de liefhebbers: de cijfers achter de komma hebben er mee te maken dat ik 0,5 reken bij twee vragenstellers en 0,33 bij drie vragenstellers. Bij een gelijk aantal punten telt de hoeveelheid vragen die ‘solo’ gesteld zijn en als ook dat gelijk is, de alfabetische volgorde.
Ik neem aan dat de winnaar van de NHNS-titel voor niemand een verrassing zal zijn. Vanaf deze plek dus mijn hartelijke felicitaties aan Bert en ook aan de nrs. 2 en 3 Peter en Carlien. Ik laat het aan henzelf of zij hier trots op zijn 🙂 Hoe dan ook schept het verwachtingen voor volgend jaar!
Oh ja, mocht u dat tot slot nog willen weten: zelf heb ik met mijn ene keer vragenstellen de top-10 logischerwijs bij lange na niet gehaald…